Inleiding
In deze paragraaf Weerstandsvermogen en Risicobeheersing geven wij op basis van een risico-inventarisatie en -simulatie inzicht in de financiële weerbaarheid van de gemeente Utrechtse Heuvelrug. Dit doen wij aan de hand van de richtlijnen uit de Kadernota weerstandsvermogen en risicomanagement. Hieruit blijkt dat het weerstandsvermogen van de gemeente flink is toegenomen ten opzichte van de laatste berekening in de begroting 2023. De kwalificatie van het weerstandsvermogen eind 2022 is nog steeds 'uitstekend' volgens algemeen geaccepteerde normen die de gemeente hanteert.
Risico's
De doelstellingen en ambities van de gemeente kunnen worden verstoord door risico’s.
Een risico is een onzekere gebeurtenis met niet-begrote financiële gevolgen, die kan leiden tot het afwijken van de gestelde (financiële) doelstellingen en eisen. |
---|
Voorbeelden van risico's zijn een cyberaanval op de digitale systemen van de gemeente, een (natuur-)ramp, of een grootschalig incident.
Het is belangrijk dat de gemeenteraad bewust is van de risico’s en actief aan risicomanagement doet door maatregelen te nemen om de risico's te voorkomen of de gevolgen van risico's te beperken. Het doel van actief risicomanagement is te voorkomen dat een risico direct van invloed is op bestaand beleid, uitvoering en vastgestelde doelstellingen of de begroting.
Risicohouding
De manier waarop een gemeente met risico's omgaat, is afhankelijk van haar risicohouding. In de Kadernota weerstandsvermogen en risicomanagement (2011) is vastgesteld op welke wijze de gemeente Utrechtse Heuvelrug haar risico's wil beheersen. De gemeente kan op 4 maatregelen nemen om risico's te beheersen:
- voorkomen of vermijden van risico's (bijv. door activiteiten te staken);
- verminderen of beperken van risico's (bijv. door preventieve of corrigerende maatregelen);
- overdragen van risico's (bijv. door verzekeren);
- accepteren,
Weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit is de financiële omvang van onderkende risico’s (het risicoprofiel) nadat beheersmaatregelen zijn genomen. Dit zijn de niet afgedekte risico's, ook wel het restrisico's genoemd. De financiële omvang wordt berekend op basis een statistische simulatie van de kans op het voordoen en het financieel gevolg van een risico. De benodigde weerstandscapaciteit is uitgewerkt in het onderdeel Risicoprofiel.
De beschikbare weerstandscapaciteit wordt gevormd door de financiële middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om de gevolgen van deze niet afgedekte risico’s op te vangen zonder dat het beleid of de uitvoering in gevaar komt. De financiële middelen en mogelijkheden bestaan onder andere uit het vrij aanwendbare gedeelte van de algemene reserve, de onbenutte belastingcapaciteit en de post onvoorzien.
Weerstandsvermogen
De verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde weerstandscapaciteit wordt weerstandsvermogen genoemd en wordt uitgedrukt in een ratio. Hoe hoger deze verhouding, hoe beter de gemeente in staat is de niet-afgedekte risico's op te vangen zonder gevolgen voor beleid en doelstellingen. Met de Kadernota weerstandsvermogen en risicomanagement heeft de raad als norm een ratio tussen 1,0 en 1,4 vastgesteld. Vanaf 2023 is de ratio vastgesteld op 1,5.
Risicoprofiel
Alle risico's die de gemeente loopt op enig moment, vormen gezamenlijk het risicoprofiel van de gemeente op een bepaald moment. De risico's worden periodiek binnen de P&C-cyclus geïnventariseerd en geüpdatet. De meest actuele inventarisatie is van 31 december 2022. De 10 grootste risico's zijn in onderstaande tabel samengevat.
Tabel 1: Belangrijkste financiële risico's | ||||||
Risiconr | Risico | Gevolgen | Maatregelen | Kans | Financieel gevolg | Invloed |
---|---|---|---|---|---|---|
R373 | Een hack of inbraak van de digitale bestanden en geautomatiseerde systemen van de gemeente. | Financieel - Kosten van het uitwijken voor de voorzetting van de dienstverlening en kosten van herstel van dienstverlening en gegevens. Mogelijk een boete van de AP indien de gemeente nalatig of onzorgvuldig heeft gehandeld., Imago - Gegevens kunnen door kwaadwillenden worden misbruikt. Een hack of inbraak schaadt het vertrouwen in de gemeente van inwoners en instellingen in die hun gegevens hebben toevertrouwd aan de gemeente. | In voorbereiding - Het vaststellen van beveiligingsbeleid en het nemen van diverse maatregelen zoals toegangsbeheer, back-up procedures, opleidingen, communicatie en het uitvoeren van audits. | 30% | max.€ 4.000.000 | 28.25% |
R380 | Toenemende inflatie agv verstoring wereldeconomie door Oekraïne-oorlog | Financieel - Dekkingsproblemen bij de begroting | 90% | max.€ 1.000.000 | 22.23% | |
R374 | Juridische aansprakelijkheidstelling in het algemeen. De maatschappelijke ontwikkeling is dat inwoners en instellingen de overheid meer aansprakelijk stellen voor genomen of niet genomen besluiten en veronderstelde geleden schade. | Financieel - Kosten van juridische bijstand en schadeclaims., Imago - Juridische aansprakelijkheidstelling in de publiciteit kan negatieve invloed hebben op het vertrouwen van inwoners en instelling in de gemeente. | 50% | max.€ 800.000 | 10.67% | |
R388 | Structurele hogere lasten voor energie, onderhoud en afschrijvingen als gevolg van extreme inflatie van gas- en elektriciteit en grondstofprijzen. | Financieel - | 70% | max.€ 950.000 | 9.38% | |
R382 | Hernieuwd uitstel invoering Omgevingswet (dus na 1 januari 2023) | Financieel - Extra budget benodigd om programma organisatie in stand te houden dan wel lijnorganisatie op te plussen. Hierdoor nog hogere invoeringskosten waardoor balans structurele effecten nog negatiever wordt; Imago - een eventueel hernieuwd uitstel maakt de geloofwaardigheid in een transparante overheid niet groter. Daarnaast heeft het mogelijk mogelijke gevolgen voor de dienstverlening aan inwoners, bedrijven en instellingen of hogere invoeringskosten;Kwaliteit - zie imago. Energie: motivatieproblemen bij de ambtelijke organisatie liggen op de loer. | Actief - Door met voorbereiding invoering en anticiperen op berichtgeving. Mogelijk kunnen kosten verminderd worden. Hiertoe wordt conform planning rond het zomerreces een analyse op stand van zaken ten opzichte van de interbestuurlijke afspraken gemaakt. Daaruit blijkt of en waar mogelijk verminderd kan worden. | 50% | max.€ 266.000 | 3.56% |
R352 | De behoefte en uitgaven aan jeugdhulp worden in gevolgd en door andere manieren van contractering zijn we meer in control. Wel kan een enkel zorgtraject tot onevenredig hoge kosten voor de gemeente leiden. | Financieel - De gemeente heeft geen of weinig invloed op het zorgtraject. | Actief - Door het versnellen van de transformatie en meer inzet op preventie de behoefte aan jeugdzorg verminderen. | 50% | max.€ 500.000 | 3.36% |
R344 | Stijging rente als gevolg van de economische omstandigheden. | Financieel - Hogere kapitaallasten door stijging rentelasten | Geimplementeerd - In de begroting 2023 - 2026 houden we al rekening met hogere rentelasten. De ontwikkelingen op de kapitaalmarkt zijn op dit moment zeer onzeker en daarom valt een verdere rentestijging niet uit te sluiten. De looptijd en renteherziening van de totale lening portefeuille is gespreid in de tijd, waardoor het eventuele financiële effect zich ook gespreid in de tijd en vooral op langere termijn voor zal doen. | 50% | max.€ 500.000 | 3.34% |
R54 | Een lager kwaliteitsniveau van openbare ruimte en groenvoorzieningen leidt tot imagoschade en/of een toename van klachten. | Financieel - Kans op toename claims, Imago - Lager kwaliteitsniveau openbare ruimte en/of toename aan klachten | In voorbereiding - De raad heeft in de begroting 2023 extra middelen opgenomen om het beheerniveau te verhogen. Daarmee zal het risico voor de komende jaren afnemen. | 75% | max.€ 300.000 | 3.01% |
R381 | Overtreding privacywetgeving (Schending AVG of datalek) | Financieel - , Imago - Imagoschade, datalekken met mogelijk schadeclaim of boete/last onder dwangsom Autoriteit Persoonsgegevens | 50% | max.€ 450.000 | 3.00% | |
R378 | De kosten van verbonden partijen zijn hoger dan in hun begroting is voorzien. | Financieel - De bijdragen van de gemeente aan verbonden partijen (ruim € 17 mln. per jaar) zijn hoger dan in de gemeentebegroting is voorzien. | In voorbereiding - Minimaal 2x per jaar (begin, halverwege of eind van het jaar) de verbonden partij monitoren op de ontwikkeling van risico's en financiele gevolgen via begroting, tussentijdse rapportages en jaarrekening. | 50% | max.€ 150.000 | 2.01% |
Toelichting tabel 1:
Het maximale financiële gevolg van de tien grootste risico's is € 8,9 miljoen. Voor de overige risico's is het financiële gevolg € 2,2 miljoen. Het totale maximale financiële gevolg van alle risico's bedraagt per 31 december 2022 € 11,1 miljoen.
In onderstaande tabel is de ontwikkeling van het risicoprofiel weergegeven ten opzichte van de laatste risico-inventarisatie (begroting 2023).
Ontwikkeling van het risicoprofiel
De ontwikkeling wordt geschetst ten opzichte van de laatste risico-inventarisatie (begroting 2023).
Maximale (ongewogen) financiële gevolg | Jaarrekening 2022 | Begroting 2023 | Wijziging |
---|---|---|---|
tien belangrijkste risico's | 8.916.000 | 9.266.000 | -350.000 |
overige risico's | 2.220.500 | 2.790.717 | -570.216 |
totaal | 11.136.500 | 12.056.716 | -920.216 |
Per saldo is er een risicoafname van € 0,9 miljoen ten opzichte van de laatste actualisatie bij
de begroting 2023, toen het totaalbedrag van de geïnventariseerde risico's € 12,1 miljoen bedroeg.
De belangrijkste verklaring voor wijziging van het risicoprofiel zijn het hogere risico van een hogere inflatie en het afgenomen risico van de invoering van de Omgevingswet.
Mutaties in risico's
De volgende risico's zijn nieuw (2):
- R389 onverwachte uitgaven aan zorgaanbieders die tot 5 jaar na de datum van geleverde zorg kunnen declareren.
- R390 Stijging van tarieven WMO en JW omdat die conform landelijke regelgeving reëel moeten zijn.
De volgende risico's zijn vervallen (6):
- R353 De behoefte aan Wmo voorzieningen stijgt meer dan begroot, dan wel stijging van tarieven, die conform landelijke regelgeving reëel moeten zijn.
- R367 Meerkosten sanering verontreinigde grond drugslab
- R375 Grondexploitatie Leersumsestraatweg (v.h. Opijnen)
- R377 Doelgroepenvervoer
- R379 Doordecentralisatie Beschermd Wonen en maatschappelijke opvang per 1-1-2023.
- R386 Dekkingstekort wet kwaliteitsborging
Benodigde weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit wordt berekend aan de hand van de geïnventariseerde financiële risico’s en de zogenaamde ‘Monte Carlo simulatie’. Dit is een gewogen risicosimulatie waarbij rekening is gehouden met de kans op voordoen van een risico en het ingeschatte financiële effect, met de aanname dat de risico’s zich niet allemaal gelijktijdig en in hun maximale omvang voordoen.
Voor het bepalen van de benodigde weerstandscapaciteit is een Monte Carlo simulatie uitgevoerd met een waarschijnlijkheidspercentage van 90%. Hieruit volgt dat met een waarschijnlijkheid van 90% kan worden gesteld dat de benodigde weerstandscapaciteit € 6.518.553 bedraagt.
Berekening beschikbare weerstandscapaciteit
De weerstandscapaciteit bestaat conform het vastgestelde beleid uit de algemene reserve, de onbenutte belastingcapaciteit en de stelpost onvoorziene uitgaven.
Tabel 2: Berekening beschikbare weerstandscapaciteit | (Bedragen x €1.000) | ||
Omschrijving | Jaarrekening | Begroting 2022 | Jaarrekening |
---|---|---|---|
Algemene reserve (Vrij aanwendbaar) | 8.520 | 9.431 | 18.701 |
Onvoorziene uitgaven | 0 | 124 | 0 |
Onbenutte belastingcapaciteit | 6.239 | 6.239 | 6.381 |
Totale weerstandscapaciteit | 14.759 | 15.794 | 25.082 |
Toelichting tabel 2:
De toename van de weerstandscapaciteit is vooral gelegen in de toename van de algemene reserve als gevolg van toevoeging van het rekeningresultaat 2021.
Beoordeling van het weerstandsvermogen
Om te bepalen of het huidige weerstandsvermogen toereikend is, wordt de benodigde weerstandscapaciteit (die uit de risicosimulatie voortvloeit) afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van deze berekening vormt het weerstandsvermogen en wordt uitgedrukt in een ratio. Daarbij geldt: hoe hoger de ratio, hoe groter het vermogen om weerstand te bieden aan de financiële gevolgen van optredende risico’s.
Voor de beoordeling van de ratio wordt een norm gehanteerd die door bureau Naris in samenwerking met de Universiteit Twente is ontwikkeld. Deze norm wordt landelijk veel toegepast bij gemeenten.
Tabel 3: Weerstandsnorm | ||
---|---|---|
Waarderingscijfer | Ratio | Betekenis |
A | > 2.0 | Uitstekend |
B | 1.4-2.0 | Ruim voldoende |
C | 1.0-1.4 | Voldoende |
D | 0.8-1.0 | Matig |
E | 0.6-0.8 | Onvoldoende |
F | < 0.6 | Ruim onvoldoende |
Toelichting tabel 3:
Berekening ratio:
Ratio weerstandsvermogen = | Beschikbare weerstandscapaciteit | = | € 25.082.000 | = 3,85 |
---|---|---|---|---|
Benodigde weerstandscapaciteit | € 6.518.553 |
Op basis van de landelijke norm kwantificeren we het weerstandsvermogen als 'uitstekend'.
Tabel 4: Berekening ratio weerstandsvermogen: | (bedragen x € 1.000) | ||
Omschrijving | Jaarrekening | Begroting | Jaarrekening |
---|---|---|---|
Beschikbare weerstandscapaciteit | 14.759 | 15.794 | 25.082 |
Benodigde weerstandscapaciteit | 6.488 | 5.687 | 6.519 |
Ratio weerstandsvermogen | 2,27 | 2,78 | 3,85 |
Toelichting tabel 4:
De weerstandsratio is met 3,85 hoger dan was begroot voor 2022 en ook hoger ten opzichte van de realisatie in de jaarrekening 2021. Vooral de sterke toename van de algemene reserve als gevolg van toevoeging van het rekeningresultaat 2021 is hier debet aan. Deze ontwikkeling betekent dat de gemeente beter bestand is tegen financiële tegenvallers van niet begrote risico's.
Financiële kengetallen
Kengetallen | Realisatie | Begroting | Realisatie | |
---|---|---|---|---|
2021 | 2022 | 2022 | ||
1a. Netto schuldquote | 98,7% | 93,3% | 72,6% | |
1b. Netto schuldquote gecorr. voor alle verstrekte leningen | 97,0% | 91,7% | 71,2% | |
2. Solvabiliteitsratio | 9,1% | 13,8% | 17,2% | |
3. Grondexploitatie | 5,1% | 3,2% | 2,5% | |
4. Structurele exploitatieruimte | 4,5% | 2,6% | 12,1% | |
5. Gemeentelijke belastingcapaciteit | 130,6% | 118,4% | 126,5% |
* Onder het kopje Beoordeling kengetallen in relatie tot de financiële positie vindt u een nadere toelichting over de onderdelen 1a, 1b en 2.
In artikel 11 van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) is bepaald dat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing van de begroting en het jaarverslag, financiële kengetallen worden opgenomen voor achtereenvolgens:
De netto schuldquote, de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, de solvabiliteitsratio, de structurele exploitatieruimte, de grondexploitatie en de belastingcapaciteit.
Deze kengetallen geven inzicht in de financiële positie van de gemeente op basis van de balans. De definities van de kengetallen zijn vastgelegd in een ministeriële regeling (Regeling vaststelling wijze waarop kengetallen worden vastgesteld en opgenomen in begroting en jaarverslag).
Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft de volgende signaleringswaarden voor de kengetallen gegeven:
Signaleringswaarde Kengetallen | Categorie A | Categorie B | Categorie C |
---|---|---|---|
minst risicovol | neutraal | meest risicovol | |
netto schuldquote | < 90% | 90 - 130 % | > 130 % |
netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen | < 90% | 90 - 130 % | > 130 % |
solvabiliteitsratio | > 50% | 20 - 50 % | < 20% |
grondexploitatie | < 20% | 20 - 35 % | > 35% |
structurele exploitatieruimte | > 0% | 0% | < 0 % |
belastingcapaciteit | < 95 % | 95 - 105 % | > 105 % |
De netto schuldquote
De netto schuldquote geeft de verhouding aan tussen de totale netto schuld van de gemeente, zijnde schulden minus financiële activa exclusief verstrekte leningen, en de baten. Het is een indicatie van de mate waarin de rentelasten en aflossingen op de exploitatie drukken. Een laag percentage (lager dan 90%) is gunstig.
- Vaste schulden (cf. art. 46 BBV)
- Netto vlottende schuld (cf. art. 48 BBV)
- Overlopende passiva (cf. art. 49 BBV)
- Financiële activa (cf. art. 36 lid d, e en f)
- Uitzettingen < 1 jaar (cf. art. 39 BBV)
- Liquide middelen (cf art. 40 BBV)
- Overlopende activa (cf. art. 40a BBV)
- Totale baten (cf. art. 27 lid 1 sub c BBV excl. mutaties reserves)
- Netto schuldquote = (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
De netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen
De definitie van de netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen, is gelijk aan de definitie van de netto schuldquote met dien verstande dat alle financiële activa (D incl. art. 36 b en c) in de berekening worden betrokken, ook alle verstrekte leningen.
Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen = (A+B+C-D-E-F-G)/H x 100%
De solvabiliteitsratio
Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen als percentage van het balanstotaal. Het eigen vermogen van een gemeente bestaat volgens artikel 42 BBV uit de reserves (zowel de algemene reserve als de bestemmingsreserves) en het resultaat uit het overzicht van baten en lasten.
- Eigen vermogen (cf. art. 42 BBV)
- Totaal passiva (cf. art. 41 resp. 47 BBV)
Solvabiliteit = (A/B) x 100%
De grondexploitatie
Dit kengetal geeft weer hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale (geraamde) baten.
De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop.
Het is dus belangrijk om te kunnen beoordelen of er een reële verwachting is dat een grondexploitatie kan bijdragen aan de verlaging van de schuld. Staat de grond tegen een te hoge waarde op de balans dan moet die worden afgewaardeerd en dat leidt tot een lager eigen vermogen en dus een lagere solvabiliteitsratio.
- Niet in exploitatie genomen bouwgronden (cf. art. 38 lid a punt 1 BBV)
- Bouwgronden in exploitatie (cf. art.38 lid b BBV)
- Totale baten (cf. art. 27 lid c BBV excl. mutaties reserves)
Grondexploitatie = (A+B)/C x 100%
De structurele exploitatieruimte
Dit kengetal is van belang voor de beoordeling van de structurele ruimte die een gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is.
Voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting wordt onderscheid gemaakt tussen structurele en incidentele lasten. De structurele exploitatieruimte wordt bepaald door het saldo van de structurele baten en lasten en het saldo van de structurele onttrekkingen en toevoegingen aan reserves te delen door de totale baten. De uitkomst wordt uitgedrukt in een percentage.
- Totale structurele lasten
- Totale structurele baten
- Totale structurele toevoegingen aan de reserves
- Totale structurele onttrekkingen aan de reserves
- Totale baten exclusief de mutaties reserves.
Structurele exploitatieruimte = ((B-A)+(D-C))/(E) x 100%
De belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht hoe de belastingdruk in de gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijke gemiddelde. Dit begrip heeft een andere definitie dan het begrip onbenutte belastingcapaciteit uit de paragraaf Lokale heffingen en is daarmee niet vergelijkbaar
De definitie van het kengetal belastingcapaciteit is:
Woonlasten van een meerpersoonshuishouden in het begrotingsjaar ten opzichte van het landelijk gemiddelde in het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar, uitgedrukt in een percentage. De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen te verhogen, wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Onder de woonlasten worden verstaan de OZB, de rioolheffing en afvalstoffenheffing voor een woning met gemiddelde waarde in die gemeente.
- OZB-lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
- Rioolheffing voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde
- Afvalstoffenheffing voor een gezin
- Eventuele heffingskorting
- Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ-waarde (A+B+C-D)
- Woonlasten landelijke gemiddelde voor gezin in t-1
Belastingcapaciteit: woonlasten (E) t.o.v. landelijke gemiddelde jaar er voor (F) = (E/F) x 100%
Voor een verdere toelichting op het onderdeel belastingcapaciteit verwijzen we naar de paragraaf lokale heffingen en onderstaande beoordeling.
Beoordeling kengetallen in relatie tot de financiële positie
Een aantal kengetallen is in deze jaarrekening ten opzichte van voorgaande periode sterk gewijzigd resp. verbeterd:
- netto schuldquote
- solvabiliteit
- structureel begrotingssaldo
De andere kengetallen bewegen stabiel binnen een vaste marge.
Hieronder gaan we in op de achterliggende ontwikkelingen.
Kengetallen m.b.t. de weerbaarheid van de financiële positie
De netto schuldquotes, solvabiliteit en grondexploitatie geven een indicatie van de weerbaarheid van de financiële positie, ofwel de mate waarin de gemeente financieel gezond is.
De netto schuldquote (al dan niet gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen) en de solvabiliteit zijn sterk verbeterd door met name de stijging van de baten respectievelijk de reserves. De netto schuldquotes komen hiermee op een gezond niveau, de solvabiliteit zit daar net onder.
Het kengetal grondexploitatie is van voldoende niveau en stabiel laag. Door stijging van de baten is het percentage lager dan voorgaande periode. Het aantal en de financiële omvang van de grondexploitaties is klein respectievelijk laag, wat verklaard wordt door de beperkte mogelijkheden binnen onze gemeente. Dit maakt dat de grondexploitaties relatief weinig risico gegeven op de financiële positie.
Wendbaarheid van de financiële positie
Bij de wendbaarheid van de financiële positie gaat het om de structurele exploitatieruimte en de belastingcapaciteit. Dit geeft de mate aan waarin de gemeente over financiële ruimte beschikt om op plotselinge veranderende financiële omstandigheden te anticiperen of reageren.
Het percentage structurele exploitatieruimte is sterk gestegen: van 2,6% naar 12,1%. Dat verdient een nadere toelichting. Hieronder de details van het percentage:
bedragen x € 1 mln. | begroting 2022 | jaarrekening 2022 | verschil |
---|---|---|---|
1. totaal baten excl. mutatie reserves | 138,5 | 148,5 | 10,0 |
2. structurele baten incl. mutatie reserves | 122,1 | 137,0 | 14,9 |
3. structurele lasten incl. mutatie reserves | 118,5 | 119,0 | 0,5 |
4. saldo structurele baten en lasten incl. mutatie reserves (2-3) | 3,6 | 18,0 | 14,4 |
5. percentage structurele exploitatieruimte (4/1) | 2,6% | 12,1% |
Toelichting:
- een gerealiseerd saldo van de structurele baten en lasten van € 18,0 mln. bij een gerealiseerd saldo van totale baten exclusief mutatie reserves van € 148,5 mln. geeft een gerealiseerd percentage van 12,1% in de jaarrekening 2022;
- bij het opstellen van de begroting 2022 waren dezelfde variabelen € 3,6 mln., € 138,5 mln. resp. 2,6%;
- de stijging van het percentage is het gevolg van een sterkere stijging van het saldo van structurele baten en lasten (met € 14,4 mln.), dan de stijging van de totale baten (met € 10 mln.);
- de grootste afwijkingen als verklaring voor stijging van het saldo van structurele baten en lasten (met € 14,4 mln.) hebben bijna volledig betrekking op de baten: stijging uitkering gemeentefonds (€ 11,0 mln.), mutatie voorziening wethouderspensioen (€ 1,1 mln.), baten kabels en leidingen (€ 1,2 mln.), baten leges bouwvergunningen (€ 0,5 mln.).
De begrotingsposten in de begroting en jaarrekening zijn conform BBV en het toetsingskader van de provincie ingedeeld in structureel of incidenteel:
- een begrotingspost is als structureel gedefinieerd als deze voor onbepaalde tijd in de begroting is opgenomen;
- een begrotingspost is als incidenteel gedefinieerd als deze voor bepaalde tijd en met een onvoorwaardelijke einddatum in de begroting is opgenomen;
- structurele begrotingsposten zijn de regel, incidentele begrotingsposten zijn de uitzondering.
Bovenstaande definities van de structurele resp. incidentele aard van een begrotingspost, dienen niet verward te worden met de structurele of incidentele aard van een financiële afwijking tussen het begrote en het gerealiseerde bedrag van een begrotingspost. Zo kan er in een structurele begrotingspost een afwijking zijn die een incidenteel effect heeft op het begrotingssaldo; de afwijking tussen begroting en werkelijkheid wordt geacht eenmalig te zijn (een jaar) en zich niet te herhalen (meerdere jaren).
De belastingcapaciteit blijft hoog maar is wel iets lager dan in de jaarrekening 2021. De stijging van de woonlasten is structureel hoger dan het landelijk gemiddelde (in het voorgaande belastingjaar). Het kengetal als een maat voor de belastingdruk is hoog. De belangrijkste verklaring hiervoor is dat de relatief hoge woningwaarde in onze gemeente (t.o.v. het landelijk gemiddelde) , in combinatie met een relatief laag OZB-percentage (t.o.v. het landelijk gemiddelde), leidt tot hoge woonlasten per huishouden in euro's uitgedrukt..